ROOSENDAAL – De nieuwe naam van het team, dat nu nog onder Dekker Keukens speelt, is nog niet bekend. Daar is de tijd te kort voor geweest en is het allemaal nogal snel gegaan. ,,Het wordt De Distel of misschien wel De Distel Biljarts'', zegt Gerwin Valentijn, die vanwege de aankondiging van een nieuwe speelzaal ,,een kleine persconferentie'' had georganiseerd.
En die tegelijk ook maar vertelde dat ,,het biljarten maar eens ernstig na moet gaan denken over de toekomst.''
De Brabander zelf, met de teamgenoten John Tijssens, Jef Philipoom en Hans van der Wurf, hebben dat in elk geval wel gedaan.
Toen Jeroen Dekker (van de Keukens) vier maanden geleden zei, dat de sponsor ermee ging stoppen of in ieder geval een stap terug ging doen, moesten de biljarters plotseling op zoek naar een nieuwe geldschieter.
Gerwin Valentijn: ,,Ik ken Werner Broos van De Distel in Roosendaal al vele jaren. Hij heeft een prachtig biljartcentrum in Roosendaal en is fabrikant van biljarttafels. We hadden meer gegadigden, maar met hem zijn we rond gekomen voor een contract van drie jaar.''
Dat betekent voor Gerwin Valentijn, John Tijssens, Jef Philipoom, Hans van der Wurf en misschien ook Martin Horn, dat ze volgend seizoen in de eredivisie, op de licentie van Hans van der Wurf, in Roosendaal gaan spelen.
,,Dat is heel mooi voor de stad, want hoewel het een echte biljartstreek is, heeft Roosendaal nog nooit een team in de eredivisie gehad'', weet Valentijn.
Het opent perspectief voor het team, maar hij wil er gelijk ook mooie plannen aan vastkoppelen. ,,We zitten in zwaar weer met de biljartsport'', opende Valentijn zijn betoog. ,,Het is de hoogste tijd dat we weer eens heel positief over de biljartsport gaan nadenken. We willen meer vrijheid, meer sympathie kweken, meer promotie maken, meer aandacht trekken van tv en toeschouwers naar de zalen trekken.''
Zo, zo, Gerwin, dat is nogal wat om dat allemaal in één adem te noemen?
,,Ik weet dat het zeker niet makkelijk zal zijn, maar we moeten er met zijn allen, die betrokken zijn bij biljarten, een harde vergadering aan besteden.''
Valentijn noemt als voorbeeld de dartsport. ,,Kijk wat daar gebeurt, het is ook een horecasport, maar het trekt volle zalen. Er wordt een pilske geschonken, de spelers kijken niet op van wat lawaai, het is veel losser. Je moet een koekje bij de koffie open kunnen maken zonder dat een biljarter boos gaat kijken, omdat hij gestoord is in zijn concentratie.''
Biljarten is te stijf geworden, vindt de man die naast het biljarten een stratenmakersbedrijf heeft in Sint Willebord. ,,Er zijn een half miljoen mensen die af en toe een spelletje biljarten. Dan moet het mogelijk zijn om er een volwaardige sport van te maken. Wat we nu zien is dat we spelen voor 40, 50 mensen, dat de toeschouwers zijn weggejaagd en de cafébaas niet tevreden is.''
En de biljarters? ,,Het geld is ver op: die spelen voor een broodje fricandel en 25 euro benzinegeld.''
Gerwin Valentijn heeft daar geen goed gevoel bij. Hij vervolgt: ,,Mensen als Willy Minkels, Dirk Snip, Meerten Dallinga hebben onze sport een mooie impuls gegeven, maar nieuwe inspirators zijn er niet.''
Hij wil best het initiatief nemen om de plannen te lanceren, zegt hij. ,,Biljartliefhebbers zijn er genoeg. We moeten ze alleen weer naar de zalen krijgen en driebanden een nieuwe start geven. Voor ons is het al een mooie start: met onze vriendenploeg spelen we volgend jaar in een geweldig biljartcentrum. Maar ook de andere zalen moeten weer vol lopen om naar deze prachtige sport te komen kijken.''